CAFÉ DE RAAF NOG STEEDS GESLOTEN – J.M.H. Berckmans (1990)

Café De Raaf nog steeds gesloten JMH BerckmansA post in Dutch, again about cult writer Jean-Marie Berckmans, who died in 2008 – after a lifelong struggle with manic-depression, anxiety and addiction. His books are OOP and hard to find. I’m slowly working my way through his oeuvre.

This review is about his 3rd book. The title translates as “The Raven Bar Is Still Closed”. The bar really existed and was situated in the Lange Lozannastraat in Antwerp, Belgium. A commemorative plaque was put on the building’s facade in 2018.

Next post will be in English again – probably on Flow My Tears, The Policeman Said by PKD.


Ik heb reeds over Berckmans geschreven, en indien je niet vertrouwd bent met wie hij was kan je best eerst wat ik eerder schreef lezen – links vind je onderaan.

Café De Raaf nog steeds gesloten werd vrij snel na zijn 2e debuut Vergeet niet wat de zevenslaper zei gepubliceerd, en zowel vormelijk als thematisch sluit het naadloos aan bij die bundel. Een aantal van de verhalen in Café De Raaf dateren trouwens al van voor Zevenslaper, en heel de bundel was zo goed als klaar in het voorjaar van 1990. Alles wat ik over Zevenslaper schreef geldt dus eigenlijk ook voor dit werk, en ik vermoed ook dat het veelal zal gelden voor Rock & roll met Frieda Vindevogel uit 1991, waarvan een aantal verhalen ook al langer aan het rijpen waren.

Berckmans had zijn tweede literaire adem gevonden, en op een manier lijkt de periode 1989-91 veelal dezelfde, biografische gezien: al een tijd terug uit Italië, een strandend huwelijk, zich opstapelende schulden na het mislukte festival met The Mekons in 1987. Hij had er 800.000 frank in geïnvesteerd, en begin 1989 wordt hij failliet verklaard. Langzaamaan wordt het duidelijk dat Jean-Marie in de marginaliteit zal belanden: het is een tijd van transitie.

Zijn laatste echte baan is bij boekhandel Veritas in de Huidevettersstraat in Antwerpen, maar ook daar kan hij niet aarden, en hij schrijft een deel van Café De Raaf tijdens de werkuren. Nadien zal hij enkel nog af en toe blaadjes bussen voor wat centen. In 1990 begint hij te stempelen – hij krijgt 16.000 frank per maand. In 1992 zal hij nog wel een literaire beurs krijgen van 286.000 frank, maar ook dat blijkt niet voldoende om hem aan boord van de normaliteit te houden. Ofwel zit hij in De Raaf te drinken, of thuis te schrijven – dat wordt het bestaan van Jean-Marie.

Ik heb al redelijk wat van het latere werk gelezen, en het lijkt alsof dat misschien wel begint met Het Zomert in Barakstad, uit 1993 – ook al heb ik dat boek nog niet gelezen. Grosso modo vermoed ik dat je Berckmans’ werk in 3 stadia kan indelen: als eerste het debuut uit 1977, dan de trilogie Zevenslaper, De Raaf en Vindevogel, en daarna al de rest, wanneer Jean-Marie definitief in de marginaliteit zit. Wellicht is er in die laatste periode nog wel een verdere onderverdeling aan te brengen, on verra – ik plan vanaf nu een chronologische lezing van zijn oeuvre.

Terug naar Café De Raaf. Berckmans wilde naar eigen zeggen de Vlaamse grootmeester van het kortverhaal worden, en zijn voorbeelden uit Nederland waren J.M.A. Biesheuvel en Jan Arends. Zoals ook Chris Ceustermans aangaf in de biografie van J.M.H. lijkt de keuze voor korter proza ingegeven door Jean-Maries stemmingswisselingen. Hoewel hij erg schaaft, meticuleus schrijft en herschrijft, is de lange spanningsboog van een roman lastig voor hem. Wellicht had hij zich dan in details verloren, en langer werk nooit afgekregen.

Ceustermans noteert ook dat Café De Raaf opnieuw positief werd onthaald in kranten en tijdschriften, en er verscheen zelfs een lovende recensie over de grens, in HP/De Tijd. De literaire goegemeente is zelfs verrast dat de bundel niet genomineerd is voor de NCR-prijs. Juryvoorzitter Jos Borré is echter van mening dat J.M.H. “gevangen zat in een vrij eng taalregister”, en dat “willekeur en mateloosheid de interne logica” van het werk ondergraven. Ik volg niet helemaal: Café De Raaf – net als het meeste van Berckmans dat ik tot hiertoe las – is vormelijk net zeer gevarieerd.

Toegegeven, er is mateloosheid, maar die staat net ten dienste van de interne logica: thematisch komt ze overeen met de existentiële aard van Berckmans’ leven en schrijverschap. Hetzelfde kan worden gezegd over de willekeur, al is die willekeur zeker niet vormelijk: zoals ik al aangaf componeerde Berckmans zijn werk in die periode meticuleus, en ik vermoed daarom dat ook die schijnbare inhoudelijke willekeur nooit toeval is.

Bart Vanegeren schreef in Ons Erfdeel het volgende over de personages uit de bundel: “De wanorde gonst ook in hun naar ordening zoekende, met dwangmatige herhalingen en opsommingen doorspekte taaltje.” Dat vat vrij goed een formeel aspect van Berckmans’ poging om de wispelturigheid van het lot de baas te worden.

Vanegeren merkt ook dit op: “De cyclische zinnen lijken wel refreinen, in het tempo van het proza echoën hectische basloopjes en het verrassende woordgebruik herinnert aan grimmige gitaarriffs.” Ook dat lijkt me treffend, en heel wat anders dan de willekeur die Borré meent te zien.


Nu goed, Café De Raaf is wat mij betreft geen voltreffer. De echte vrijheid van het latere werk is hier nog afwezig, ook al is de bundel bij momenten zowel breekbaar als brutaal.

Enkel het eerste verhaal – Binnendoor naar Beverlo – vind ik echt magistraal. Het zou net zo goed een Van Ostaijeniaans gedicht kunnen zijn. Volgens Ceustermans is het in één roes geschreven, niet volgens Berckmans’ normale werkwijze. Daarom dat het misschien meer aansluit bij de latere stream of consciousnessstijl. Als Carla zwijgt slaagt er goed in om iets van de beklemmende jaren 80 op te roepen – een beetje zoals Henry: Portrait of a Serial Killer, met dezelfde formicatafels op benepen appartementen.

Italië is ook nog heel aanwezig in de bundel: zowel plaatsen als namen van personages getuigen van Jean-Maries heimwee naar een vroeger leven, en In dit gekkenhuis werd ik erg getroffen door er een prachtig moment waarop Jean-Marie terugblikt op die eerste paar jaren in Bari – normaler, rustiger, vóór de laatste Italiaanse jaren van veel drank en cannabis en ruzie en seksobsessie. Het contrast met de rest van de gebeurtenissen in het verhaal is groot, en alleen al die onverwachte passus maakt wat mij betreft het lezen van Café De Raaf meer dan geslaagd. Het toont weerom de menselijkheid van Jean-Marie – verloren in “het onbegrijpelijke labyrinth van de werkelijke wereld”.

Die menselijkheid is soms ver te zoeken: sommige personages uit In dit gekkenhuis “hebben geen gedachten of koesteren geen gevoelens. Ze hebben alleen pijn.” Natuurlijk vat die ver-te-zoeken-menselijkheid de werkelijkheid niet. Ik typte het uit gewoonte & gemakzucht. Want het betreft een atypische menselijkheid, geen onmenselijkheid – een neurodiverse menselijkheid, volgens de terminologie van vandaag.

Het is tragisch dat in het meest autobiografische verhaal van de bundel, het titelverhaal, het hoofdpersonage wordt toegesproken door zijn geliefde. Wellicht zijn het profetische echo’s van zijn vrouw Lut, die dit zegt: “Van jou komt niets terecht, zegt ze. Jij gaat de mist in. Jij loopt met je hoofd tegen de muur. Jij komt in het sukkelstraatje terecht. Of in een opvanghuis. Bij daklozen en landlopers en schorremorrie. Jij haalt de eindstreep niet. Jij komt er niet uit. Nooit.” Een twintigtal jaren later zal een uitgemergelde Jean-Marie van ontbering sterven.

Dat titelverhaal bevat trouwens ook een knipoog naar Gerard Reve’s De avonden: ook Berckmans telt af tijdens de kerstperiode, en ook hier worden ouders genadeloos geportretteerd. Het bevat ook een zin die van Reve had kunnen zijn: “Het enige licht aan het einde van de tunnel schijnt uit de koplampen van de trein die je tegemoet gedonderd komt.” Met Slecht nieuws voor Doctor Paf de Pierennaaier, Pandemonium in de Grauwzone zal Berckmans in 1998 een boek publiceren dat zijn relatie met zijn ouders meer in detail chroniqueert, alsook zijn reactie op zijn vaders dood.

Ik ga hier sluiten, lezer. Net zoals Zevenslaper is Café De Raaf beter niet je eerste Berckmans. Tezelfdertijd – ook al ontwaarde Vanegeren “argwaan tegenover conventies” – is dit wellicht wel toegankelijker dan veel van het latere werk.

Hoe dan ook, als boek dat ons herinnert aan de breekbaarheid van het bestaan, dat onze zelfgenoegzame illusies voor even weet weg te blazen en dat radeloosheid niet verbergt, is het de moeite. Enkel als we de problemen zien, kunnen we werken aan een betere wereld.

Café De Raaf nog steeds gesloten Berckmans achterflap

Café De Raaf nog steeds gesloten bevat de volgende verhalen: Binnendoor naar Beverlo, Necrologie van Ninco Nanco, De zoon van Molengraaff, Dromen van Francavilla aan de Po, Als Carla zwijgt, In het distrikt, In dit gekkenhuis en Café De Raaf nog steeds gesloten.

In het distrikt en het titelverhaal zijn opgenomen in Berckmans’ Beste. Chris Ceustermans koos in Verhalen uit de Grauwzone – zijn bloemlezing uit 2018 – voor het titelverhaal en Binnendoor naar Beverlo.

Gedenkplaat Berckmans Café De Raaf


Meer over Berckmans? Lees mijn eerbetoon 8 jaar na zijn overlijden, en recensies van Slecht nieuws voor Doctor Paf de Pierennaaier, Pandemonium in de Grauwzone, Taxi naar de Boerhaavestraat, Vergeet niet wat de zevenslaper zei en Brief aan een Meisje in Hoboken / Geschiedenis van de Revolutie. Ik schreef ook iets kort over de biografie door Chris Ceustermans.

Wil je starten in het oeuvre van Berckmans, maar weet je niet waar te beginnen? De recent uitgeven bloemlezing Verhalen uit de Grauwzone kan wellicht dienst doen, of beter nog, het schitterende Je kunt geen twintig zijn op Suikerheuvel uit 2006, het laatste boek dat verscheen voor zijn dood, en dat werd genomineerd voor een Gouden Uil.

Papieren exemplaren van zijn boeken zijn zeldzaam en kosten redelijk wat centen, een aantal titels zijn gelukkig wel goedkoop te krijgen als e-book. Van wat digitaal beschikbaar is wordt Het zomert in Barakstad algemeen beschouwd als een van zijn beste. Via Google Books kan je ook een aantal titels lezen.

Arnon Grunberg interviewde Berckmans in 1993 voor de radio, ongeveer vanaf minuut 19 in deze podcast. Canvas zond in 2008 een documentaire van Dimitri Van Zeebroek uit over Berckmans. Die vind je hier: https://vimeo.com/243658859.



Consult the author index for my other reviews, or my favorite lists.

Click here for an index of my non-fiction or art book reviews, and here for an index of my longer fiction reviews of a more scholarly & philosophical nature.

2 responses to “CAFÉ DE RAAF NOG STEEDS GESLOTEN – J.M.H. Berckmans (1990)

  1. Een geweldig review. Ik zelf ken de schrijver niet maar klinkt of hij wel veel mee gemaakt heeft in zijn leven.

    Liked by 1 person

    • Dat kan je wel zeggen. Het latere werk van Berckmans is denk ik niet zo toegankelijk voor mensen met Nederlands als tweede taal, en al helemaal niet als ze niet vertrouwd zijn met een aantal Vlaamse/Antwerpse bijzonderheden.

      Like

Leave a comment